Architectuur

Steven Massart 2

Het kanon van de piratenboot staat recht op mijn hart gericht, klaar om te vuren. Aaron (3) leidt de aanval op mij, de avondlijke indringer op het dakterras van de familie Massart. De bedreiging komt eerst vanop zijn schip, vervolgens via een wurggreep. 'Kleine mannen veranderen uw leven', lacht Steven Massart. 'Iris is uit met vriendinnen. Aaron is een gemakkelijke jongen. Ik wist dat ik dit interview niet moest afzeggen.' Aaron knijpt ondertussen mijn keel verder dicht.

Canon

De houtskool in de barbecue knispert. Blauwe rook kringelt verticaal de blauwe lucht in. Geen zuchtje wind. Suikerstad Tienen ziet de zomerzon zakken. De bakstenen muur tegenover het dakterras kleurt diep-oranje en straalt opgespaarde warmte uit. Het is alweer zeven jaar geleden dat ik Steven hier heb geïnterviewd. Het huis was nog een bouwwerf. 'Er is zoveel veranderd', zegt Steven. 'Niets is nog hetzelfde, zelfs mijn cameramerk niet. Nu werk ik met Canon omwille van de tilt/shift lenzen. Vooral de 17mm is super!'

Karol Plicka

In deze moderne tijd is het nemen van een foto hoegenaamd geen kunst meer. Een druk op de knop van de digitale camera, of de fotofunctie van de smartphone, levert direct een technisch behoorlijk geslaagde foto op, die je ook nog gelijk kunt bekijken, en desgewenst presenteren of delen met de hele wereld. Dat is iets waar menig fotograaf uit de tijd dat digitale camera's nog niet bestonden alleen maar van konden dromen. Hun aanpak dwong tot goed nadenken alvorens de sluiter van de camera te ontspannen. Niet alleen technisch, maar ook met aandacht voor het onderwerp voor de lens. Dat laatste ontbreekt er nogal eens aan bij digitaal verkregen foto's: technisch in orde, maar inhoudelijk vaak oppervlakkig. Uiteraard heeft de mogelijkheid van snel en ongeremd fotograferen ook weer zijn voordelen voor het verkrijgen van interessante spontane foto's. Desondanks is het goed om eens te kijken naar de doordachte werkwijze en inspiratie van de oude meesters.

Er zijn vele beroemde fotografen die ik in het kader van dit artikel nader zou kunnen beschouwen, maar daarover is in de regel al veel geschreven. Het internet staat er vol van, en herhaling van veel bekende zaken acht ik weinig zinvol. Daarom presenteer ik een in Nederland wat minder bekende, maar zeer bedreven en bevlogen fotograaf (en cineast !) uit het voormalige Tsjecho-Slowakije: Karol Plicka. Zijn blik op de wereld, vervat in prachtige, diepgaande, melancholische, bevestigende en soms zelfs dramatische beelden, is ook nu, in deze snelle digitale tijd, een inspiratiebron voor menig toegewijd fotograaf.

Karel Waignein

Het is niet om te lachen. De wereld is in gevaar!

'Dit is geen fotografie meer! Dit is beeldmanipulatie!' foeterde een orthodoxe foto-liefhebber toen hij Karel Waignein's surrealistische beelden bestudeerde. 'Het gaat me niet om de zuivere fotografie,' antwoordde Karel. 'Meestal maak ik vooraf schetsen en tekeningen van wat ik wil realiseren. De fotografie helpt me om tot het beoogde resultaat te komen'.

Van Geluwe

'Ik ben begonnen in een oude champignonkwekerij', vertelt Karel Waignein (1959°). 'Het was er zo koud en vochtig... De schimmel stond op mijn soft-boxen. Nu zit ik met mijn studio en kantoor in dit nette bedrijvencomplex, maar ik pin me hier niet vast. Ik ben niet afhankelijk van de bedrijven rondom mij. Ik werk overal. Mijn studio is ter plaatse snel opgebouwd. Momenteel ben ik op zoek naar een ander onderkomen, wel ergens in de buurt, want hier in de grensstreek liggen mijn roots. Om heel precies te zijn ben ik Van Geluwe, maar dat zeg ik niet meer hardop. Die naam is besmeurd sinds de 'relatietje-zo-bisschop' met dezelfde naam.' (Lacht)

Pieter van Gaart

Beginjaren 1990 maakte ik al kennis met Pieter van Gaart, toen hij dubbele- en meervoudige opnamen maakte van stadsgezichten, uiteraard nog geheel analoog. Vijfentwintig jaar later doet hij dat even vanzelfsprekend digitaal, en die vooruitgang is hem een zegen. Zijn recente werk is dan ook sterker en gevarieerder geworden. Toen per 6x6 opname bijhouden wat waar stond, om de volgende beelden er precies naar wens overheen te laten vallen. En bij het vergroten minutenlang doordrukken en tegenhouden, een heel gedoe. Het ging moeizaam, met veel nadenken en plannen. Nu is met Photoshop elk beeld met elk ander beeld of detail daaruit te combineren. Hij neemt nu elk beeld afzonderlijk op, en gebruikt ook (gescande) oudere foto’s en dia’s. Per opname is elk beeld te optimaliseren voor het doel. De mogelijkheden zijn oneindig veel groter, het vooraf plannen is afgenomen, de nadruk ligt nu op het combineren van geschikt materiaal uit zijn hele oeuvre.

Persoonlijk wordt universeel

Wat bleef is zijn idee van ‘doubles’. Pieter speelt met clichébeelden van de stad, en gebruikt elementen als bekende gebouwen, gevels, bruggen en torens. Als een soort ‘anker’, zodat de kijker weet: Amsterdam, of een andere stad. Het gaat er feitelijk om, dat hij de drukte en chaos, of de “rust” benadrukt, spanning aanbrengt, en eerder een impressie geeft dan een net stadsbeeld. Dit doet hij met beelden uit zijn 35-jarige praktijk als fotograaf, tientallen oude foto’s zijn in deze samenstellingen verwerkt. Wij zien een jongeman (“dat is mijn zoon”), een mooie vrouw (“dat was een toenmalige vriendin”), of een groep (“dat zijn mijn beste vrienden”), in één beeld gevat als figuranten in de chaotische stad. Voor hemzelf emotionele elementen uit zijn persoonlijke leven, tot en met de wachtkamer van de oogarts in het OLVG. In zijn beelden krijgen al die elementen een universele betekenis.

Aaron Lapeirre

'Ik kook graag,' zegt Aaron Lapeirre (1986) terwijl hij de pan op het vuur zet. 'Heb jij al gegeten?' Letterlijk 'tussen de soep en de patatten' praten we een hele avond over fotografie en over de absolute vrijheid waarmee het beoefend zou moeten worden. De zomerse avondzon streelt ons op hetzelfde terras waar ik vijftien jaar geleden zijn vader Carl heb geïnterviewd. Aaron was toen nog een puber, maar is ondertussen opgegroeid tot een zelfbewuste jongeman. Sportvliegtuigen dalen, net als toen, in glijvlucht af naar de luchthaven van Wevelgem, juist achter de tuin. De poes vlijt zich tegen mijn been aan en laat duizend haren achter op mijn zwarte broek. De schnitzel smaakt heerlijk!

Vagebond

Koen De Langhe

Over heuvels en dalen gaat ons leven; soms hebben we het gevoel dat we de top bereiken, om ons vervolgens wanhopig af te vragen hoe het nu toch verder moet. Ervaring met tegenslag krijgt de ene klein en brengt de andere het vermogen om te relativeren. Een hoogtepunt maakt ons niet langer euforisch, want we weten dat na de beklimming de afdaling volgt. De sombere gedachten die een dieptepunt ons brengt, waaien vanzelf weer weg als een wolk die de zon slechts tijdelijk bedekt. Deze wijsheid leidt tot een gematigde houding van geluk, het geluk dat ook natuurfotograaf Koen De Langhe uitstraalt. Zijn foto's maken ons goed gezind. Ze zijn een tegengif voor de overdosis pessimisme die we dagelijks via alle media over ons krijgen.

De weg leidt me over heuvels en dalen naar Koen’s deels gerenoveerde boerderij in het Hagelandse Holsbeek. De Duitse herder Lucca bewaakt haar territorium. Ze verwelkomt me met luid geblaf en een uitgebreide snuffel. Ik mag binnen, of ook naar buiten, waar ze een grote stok zoekt om samen mee te spelen. Koen nodigt me uit met koffie en kersentaart op het terras in zijn gulle tuin vol wilde bloemen. Enthousiast vertelt hij over zijn passie voor de fotografie.

Noortje Haegens

Het is even zoeken, daar aan de Teteringsedijk in Breda. Het opgegeven adres blijkt te vinden op een bedrijventerrein, waar ook Jeugdcircus Woenzini en twee christengemeentes huizen, waaronder een voor Chinezen. Achterin doemt een complex op met diverse ateliers. Noortje Haegens deelt er een ruimte met haar collega Lisa Sore. De eerste maakt video- en fotowerken, de ander schildert. In beider werk speelt de eigen persoon een hoofdrol, maar er is een wereld van verschil tussen de twee.

Noortje Haegens werd in 1985 geboren in Steensel, een van de Acht Zaligheden in Zuid-Oost Brabant. "Een mooie omgeving die heel belangrijk is geweest voor wat ik nu maak", zegt ze. "Tijdens de academie ben ik veel gaan wandelen in de natuur." Ze volgde de afdeling Communicatie en Vormgeving op St. Lucas te Boxtel alvorens in 2007 te beginnen aan de Bredase kunstacademie St. Joost. "Ik was ook aangenomen voor Rietveld in Amsterdam maar St. Joost ligt daar aan de rand van Breda zo mooi en in zo'n mooi gebouw. Als je kijkt naar mijn werk, is dat geen gekke keus."

Henk Wildschut

In Museum Jan Cunen te Oss leip in 2013 de tentoonstelling SOLO - Henk Wildschut. Illegale immigranten spelen de hoofdrol. Maar het zijn vooral hun tijdelijke onderkomens die het verhaal vertellen.

Bij de derde editie van fotofestival Bredaphoto in 2008 was het wat mij betreft een van de sterkste onderdelen: de expositie 'Shelters' van Henk Wildschut (Harderwijk, 1967). Vijf jaar later vormt de Shelter-serie het hart van de tentoonstelling 'SOLO - Henk Wildschut' die in 2013 te zien was in Museum Jan Cunen te Oss.

Het gaat om de eerste museale solotentoonstelling van de fotograaf. Maar de titel 'SOLO' slaat denk ik op de eerste plaats op de mensen die Wildschut vaak fotografeert, mensen die alleen op de wereld staan, overgeleverd aan de grillen van het lot.

Het was in 2005 dat Wildschut in Calais terecht kwam in een merkwaardig stukje niemandsland, ter plaatse 'de Jungle' genoemd. Er woonden illegale immigranten in zelfgebouwde hutten en tenten, tijdelijk, in de hoop ooit via een of andere vrachtwagen het Kanaal over te kunnen steken naar het beloofde land Groot-Brittannië.

Herman Goudzwaard

Eigenlijk is het bizar in deze tijd, een fotograaf die zich specialiseert in food en paarden. De grappen liggen je, na de paardenvleesaffaire, voor op de tong. De paarden zijn alleen niet voor de consumptie en de gerechten niet voor de 'hippiek.' Het kwam eigenlijk door opa Goudzwaard. Toen Herman twaalf jaar oud was kreeg hij een oude Nikon cadeau. Herman werd enthousiast en het is nooit meer over gegaan.

Het is een wijk in Ede, waar mijn Belgische juffrouw mij instuurt. Als gewoonlijk weet zij, ondanks dat haar kaartje onlangs is 'opgedeet', niet helemaal van de hoed en de rand. Gelukkig heb ik voor ik vertrok, een goede gewoonte, eerst op de kaart gekeken. Ik kom in een nieuwbouwwijk, met kronkelende straten, veel groen en speelgelegenheden. Maar dan léuk. In een bocht én op een hoek ligt een huis verscholen in het groen, iets groener dan de omgeving, een stukje natuur in een park. Een kronkelend klinkerpad leidt langs een barbecue naar een voordeur. Aha, levensgenieters...

Dokawerk en politie

Natuurlijk werd alles in die tijd in een doka gedaan, afdrukken ontwikkelen in ‘schommelebakjes’, omgeven door de geur van azijnzuur en fixeer. Herman zwierf veel buiten rond met zijn Nikon, zijn latere voorliefde voor het fotograferen van dieren zal hier ongetwijfeld uit zijn voortgekomen. Het zou logisch zijn geweest wanneer hij dit ook zou zijn gaan doen. Maar het leven loopt soms anders.

Joep Jacobs

Een verkeerd geadresseerd mailtje dat netjes wordt teruggezonden, nieuwsgierig kijken op een website en dan een kijk-hij-ook-al-erlebnis. Wie komt erop het idee om met 25 kilo aan apparatuur niet al te misselijke bergtoppen op te sjouwen? Wie heeft er nog een voorliefde voor de fijne gradaties van film? En wie vindt natuurlijke scherpte een must? Natuurlijk, iemand die absoluut niet vies is van digitaal maar zichzelf wel bestempelt als een 'autonoom film addict'.

Wanneer ik arriveer (bij eerste rode Defender rechts) bel ik aan. Vanuit Groesbeek naar Nuenen is de snelste weg binnendoor, zoals Joep ook even met verbazing constateert. “Ik rijd ook liever binnendoor, dat geeft wat meer afwisseling in de omgeving. En met die Defender rijd je gewoon 80, meer is ook niet nodig. Maar kom binnen.” Terwijl er goed voor mij wordt gezorgd kijk ik even rond, een ruim en licht huis maar niet met een te strak design, er is ook nog plaats voor mensen. En wij zitten dan even later tot over onze oren in gesprek.

Doek over de kop

Dominique Van Huffel

Hoogstraten, de N14. In het centrum de 'Vrijheid' genaamd. Een lange rij van etablissementen waar het goed toeven is. En aan het einde, of aan het begin, afhankelijk of men vanuit Rijkevorsel komt, dan wel uit Minderhout, staat een helder pand, hier huist 'Zwart/Wit communicatie'. Er is behoorlijk verbouwd, na de deur een trap omhoog naar een entresol of trap af naar een souterrain. Het helder ogend domein waar Dominique Van Huffel bewijst dat een grafisch vakman een uitstekend fotograaf kan zijn.

Dominique kreeg zijn opleiding in de drukkersstad Turnhout, een stad met een traditie van het drukken van kaartspelen. En waar ook de grote en helaas te loor gegane drukkerij en uitgeverij Breepols, die het halve continent van onder andere agenda's en kalenders voorzag, als een der laatsten der Mohikanen de geest moest geven. De naam van het opleidingsinstituut: HoRiTo. Hier bekwaamde hij zich in grafische vormgeving en specialiseerde zich met een extra jaar "reprofotografie". Na zijn legerdienst kwam hij in dienst van 'De Schutter' een naam in de grafische wereld en had het geluk een goede leermeester te treffen. Na een opleiding tot kleuretser-monteur volgde een opleiding in England bij Crossfield. Het digitaliseren-reproduceren van beeldmateriaal met scanners werd zijn grote specialisatie.

Toon Grobet

Een rustige buurt in Antwerpen, ingeklemd tussen de Jan de Voslei en de Kleine Ring, een regenachtige dag en een deur die gastvrij wordt geopend door Toon Grobet. In de gang geen kapstok “Nee, die staat binnen in de kamer, dat geeft de gang een ruimtelijke indruk.” EN ja, als een essentieel onderdeel van het interieur staat daar een zeer fraai exemplaar, smeedijzer. “Ja, deze stond bij een zaak met tweedehands spullen. Voor een schunnig hoge prijs. Mijn schoonvader, met wie ik op excursie was, liet de sticker verdwijnen waarna wij in onderhandeling konden gaan”. Ik vraag Toon: “Niet te veel betaald?” Toon: “Allez, hij staat hier toch?” Hij schakelt snel: “Koffietje?” Een verhaal over de eerste fotograaf die als eerste in Europa de QEP Master behaalde.

Gezeten aan een tafel, in een zeer ruim interieur dat doet denken aan de manier waarop Toon zijn onderwerpen fotografeert, zitten wij al heel gauw in 'het vak'. De goedlachse en luchthartige Toon, altijd in voor een grap, heeft ook een andere zijde, een serieuze visie op zijn vak. “Je kunt een leuk marketingverhaal houden, maar je moet wél kwaliteit leveren. Het is in dit vak een must om van rekening te houden met de kosten. Denk je kostengerelateerd of investeringsgerelateerd? Je kunt prospectie doen maar je kunt ook hier op beknibbelen en de tijd gebruiken maken om goed werk te maken. Wij leven in een tijd waarin wij moeten nadenken, de juiste beslissingen nemen. De vraag naar fotografie daalt, de prijs daalt dus ook. Dus je zult op een andere manier moeten laten zien dat er iets anders is dan de obligate beelden. Hiervoor moet je de klant ook zien te winnen. Deze zal zijn portfolio willen blijven gebruiken, je moet duidelijk maken dat over tien jaar weer heel anders wordt gekeken. Als architectuurfotograaf ben je de vertaler van zijn creatie naar zijn prospects, naar het publiek, dit vereist een grote zorg.

willem-defijn-en-marijke-vernimmen

Op weg naar Marijke Vernimmen en Willem Defijn, komen wij door een geïndustrialiseerd landschap. Vanuit het Zuidwesten 'rechtsom' Antwerpen, onderweg naar Fort Lillo, gelegen langs de Schelde, tegenover de kerncentrale van Doel, een stukje overgebleven natuur en monumentale bouwkunst te midden van de Antwerpse havens. Marijke: “Wij kunnen alleen in het weekend, nu zondagmiddag. Maar kom dan wat later en eet gezellig mee.”

Oude vrienden

Willem en Marijke kennen elkaar vanaf hun 21e jaar. Willem is vanaf zijn vijftiende al gebeten op alles wat met fotografie heeft te maken. Hij studeerde bij Narafi in Brussel en vestigde zich in 1980 als zelfstandig fotograaf. Over deze tijd zei hij mij eens: “Mijn fotografische bezigheden werden, om reden van iets dat ik kan kenschetsen als ‘economische realiteit’, aangevuld met jobs als transportdispatcher en computerprogrammeur.” Rond 1992 specialiseerde hij zich op architectuurfotografie en op interieurfotografie in het bijzonder. Hij opende ook een winkeltje, waar Marijke regelmatig kwam om advies betreffende de foto's die zij maakte en de fotoalbums die nodig zijn om deze in te steken. Tussen de twee ontwikkelde zich iets moois, uiteindelijk besloten zij in 2002 om hun spullen bij elkaar te gooien en samen verder te gaan.

Steven Massart

In de zoete suikerstad Tienen ontvangt Steven Massart (°1976) me met zijn grootste glimlach. Deze minzaamheid reserveert hij niet alleen voor mij, de minder formele, eerder ongedwongen sfeer blijkt tevens zijn handelsmerk te zijn in de omgang met zijn klanten. Na enkele ogenblikken doet hij me volledig thuis voelen in zijn moderne, strakke ontvangst- en studioruimte. Het is nog een beetje een project in wording, met hier en daar een gordijn dat een onafgewerkte hoek verbergt, of een opening waar de invulling voorlopig virtueel blijft. Misschien zal deze zaak nooit helemaal af zijn, maar altijd in evolutie blijven, net zoals  Steven zelf steeds op zoek is naar beter, en naar meer voldoening voor zichzelf. De etalage geeft een overzicht van zijn diverse werk: (zwart-wit) portretten, huwelijksreportages en interieurs. Bedachtzaam, zijn woorden wikkend en wegend, doet hij zijn verhaal.

Sinds 2000 is Steven Massart zelfstandig fotograaf. Over zijn opleiding aan het St.-Lukas in Brussel behoudt hij een dubbel gevoel: "Ik ben er ergens wel tevreden over, want het leerde mij om door te zetten, al was het niet altijd makkelijk," lacht hij. Daarmee is de toon gezet: onder zijn aarzelingen en zijn zelfrelativering schuilt een sterke wil. "Mijn dada was theaterfotografie. Ik was huisfotograaf van enkele gezelschappen, maar mijn docenten leken dat initieel maar niks te vinden . Zij waren daar niet mee bezig, grote kunstprojecten en kunstige fotografie behoorden eerder tot hun leefwereld. Naast het feit dat mijn beelden niet konden bekoren, had ik nog een grotere handicap; ik kan geen uitleg geven over het ‘waarom'. Mijn foto’s moeten voor zichzelf spreken.  Op dat moment had ik het gevoel niet zoveel steun te krijgen van de docenten. Te meer daar zij in de loop van het jaar al eens van mening durfden te veranderen," schampert Steven. Net zoals het hoofdpersonage in ‘Karakter’ van Bordewijk, ontwikkelde Steven zijn doorzettingsvermogen vooral door de afwijzing van zijn mentors.