Auteursrecht

Rechter bepaalt dat oma foto’s van haar kleinkinderen moet verwijderen

Op 13 mei 2020 verscheen het bericht dat de rechter heeft bepaald dat een oma foto’s van haar kleinkinderen moet verwijderen van haar Facebookpagina en Pinterest.[1] In deze bijdrage wil ik het desbetreffende vonnis van rechtbank Gelderland bespreken.[2] Daarbij zal ik eerst een korte samenvatting van de casus geven, vervolgens de grondslagen van de vordering tot verwijdering behandelen en tot slot een conclusie trekken.

De partijen in deze rechtszaak (in kort geding) zijn een moeder (eiseres) en een oma (gedaagde) van drie minderjarige (klein)kinderen. De moeder heeft het ouderlijk gezag over deze kinderen. Over één van de kinderen deelt zij dat gezag met haar ex-partner. Eén van de kinderen is enkele jaren woonachtig geweest bij oma en haar echtgenoot. Oma heeft (in het verleden) foto’s van de kinderen op Facebook en Pinterest geplaatst. Daarvoor heeft zij geen toestemming (van moeder) gekregen. Moeder heeft oma meerdere malen verzocht om de foto’s te verwijderen w.o. via de politie en een sommatiebrief van haar advocaat, maar dat heeft oma niet gedaan.

Wetsvoorstel implementatie richtlijn auteursrecht in de digitale eengemaakte markt

Op 12 mei 2020 is het wetsvoorstel implementatie richtlijn auteursrecht in de digitale eengemaakte markt gepubliceerd.[1] Dit wetsvoorstel is relevant voor rechthebbenden en daarom wil ik dit wetsvoorstel kort bespreken in deze bijdrage.

Laat ik eerst toelichten wat een richtlijn is en waarom die geïmplementeerd moet worden in de Nederlandse wet. Nederland is aangesloten bij de Europese Unie. De Europese Unie is in de kern een samenwerkingsverband tussen de aangesloten lidstaten om de interne markt te versterken. De Europese unie heeft verschillende wet- en regelgevende bevoegdheden om dat te realiseren zoals de richtlijn en de verordening.

Kort geding over smeerdip Jumbo

Op 12 maart 2020 deed de rechtbank Gelderland uitspraak in een kortgeding zaak die ging over Heksenkaas en Dip&Smeer’m[1], beide een zogenaamde smeerdip van zachte kruidenkaas. Mijn vader is kaasboer en deze kwestie ligt op het snijpunt van ie-recht en de levensmiddelenbranche. Daarom vind ik dit een interessante uitspraak. In deze bijdrage wil ik deze uitspraak bespreken.

De partijen in deze rechtszaak zijn Heksenkaas B.V. (eiser), de producent van Heksenkaas en Kühlmann (gedaagde), producent van Dip&Smeer’m dat door Jumbo wordt verkocht. Kühlmann is blijkens de uitspraak een voormalig producent van een belangrijk ingrediënt van Heksenkaas.[2]

Fotograaf verliest rechtszaak vanwege voorwaarden Instagram

Op 14 april 2020 verscheen er een bericht over een spraakmakende uitspraak waarin zou zijn geoordeeld dat een fotografe haar rechten niet meer kan handhaven omdat zij deze foto via Instagram openbaar gemaakt had.[1] In deze bijdrage wil ik eerst kort de uitkomst van de zaak bespreken, de zaak vervolgens beoordelen naar Nederlands recht en tot slot zal ik een conclusie trekken.

Naar Amerikaans recht weet ik niet zeker of embedden een exceptie is, daar hanteren ze natuurlijk met name het zogenaamde fair use criterium als exceptie op het auteursrecht. Als ik de uitspraak snel lees dan lijkt mij dat er (naar Amerikaans recht) geen specifieke exceptie bestaat voor embedden, omdat dat niet als zodanig wordt benoemd. In de plaats daarvan beoordeelt de rechter de zaak als volgt.

Katy Perry wint inbreukzaak, toch geen plagiaat

In maart 2020 verscheen er bericht dat Katy Perry de rechtszaak tussen haar en rapper Flame (Marcus Tyrone Grey) toch heeft gewonnen.[1] Deze rechtszaak ging over het nummer ‘Dark Horse’ dat inbreuk zou hebben gemaakt op het nummer ‘Joyful Noise’ van Flame. Eerder werd Flame namelijk in het gelijk gesteld door de jury. Aangezien ik daarover eerder heb geschreven, leek het mij goed om een update te geven.[2] In deze bijdrage zal ik niet nogmaals ingaan op het ontleningsbegrip naar Nederlands recht.[3]

Van belang is in deze kwestie dat naar Amerikaans recht twee tests moeten worden gehaald voor een inbreuk op grond van ontlening. Namelijk een ‘subjective intrinsic test’ en een ‘objective extrinsic test’. De eerste test houdt in dat getest moet worden of een leek het als een inbreuk beschouwd, en is dus meer praktisch van aard. Die test wordt uitgevoerd door een jury een oordeel te laten vellen.

Led Zeppelin wint rechtszaak voor de tweede keer

Op 9 maart 2020 verscheen het bericht dat de band Led Zeppelin (ook) bij een tweede behandeling door de rechtbank in een inbreukzaak in het gelijk werd gesteld.[1] In 2016 bepaalde een jury dat Led Zeppelin met het zeer bekende lied ‘Stairway to Heaven’ geen auteursrechtelijke inbreuk had gemaakt op een ander lied.[2] Ik wil deze rechtszaak in deze bijdrage bespreken.

De rechtszaak ging over de intro van het lied ‘Stairway to heaven’[3] van Led Zeppelin momenteel nr. 5 in de top 2000 allertijden van de NPO[4], dat te veel zou lijken op het lied ‘Taurus’ van Spirit.[5] De nabestaanden van de gitarist van Spirit begonnen daarom de rechtszaak. Er zijn diverse muzikale analyses gemaakt waarin de liedjes worden vergeleken.[6]

Rumag & Lubach

Eind maart 2020 bracht het VPRO programma Zondag met Lubach een spraakmakend item uit over het bedrijf Rumag.[1] Hierdoor ontstond grote ophef, waardoor o.a. Rumag-topman Thijs van der Heide per direct zijn functie heeft neergelegd.[2] Rumag wordt in het item o.a. beschuldigd van het overnemen van diverse teksten. In het item werd daarnaast kritiek geuit op de ‘Corona Collectie’ die Rumag uitbracht voor het goede doel, maar vermoedelijk met een ruime winstmarge.[3] Een van deze shirts, namelijk met de bedrukking ‘ik geloof in jou en mij’ werd uitgebracht in samenwerking met Chantal Janzen.[4] Aan het einde van het item introduceerde Lubach zijn eigen shirt waarvan 100% van de winst naar het goede doel gaat.

Hierbij een afdruk van de shirts:[5]

Wat hebben KLM en AH met elkaar gemeen?

Beide zijn bekende nationale merken maar verder lijken ze toch niet veel met elkaar te maken te hebben.

Op 23 juli jl. stond echter een artikel in de Telegraaf met een (voor de Telegraaf zo kenmerkende) prikkelende kop:
https://www.telegraaf.nl/financieel/2040682735/zoek-de-verschillen-straks-klm-ers-achter-de-kassa-bij-albert-heijn
die bij mij de associatie wekte van een plan voor herplaatsing van overtallige medewerkers als de KLM straks moet reorganiseren. Het blijkt te gaan om iets heel anders: te weten de bedrijfskleding.

Daar zit natuurlijk een andere overeenkomst tussen KLM en AH: de bedrijfskleuren waarbij het “frisse blauw” domineert, gecombineerd met donkerblauw.
En daar ging het artikel over: dat de nieuwe bedrijfskleding van AH zoveel lijkt op die van de KLM dat stewardessen die in hun werkkleding boodschappen gaan op moeten passen dat ze niet achter de kassa gevraagd worden.

Inbreuk via processtuk?

Op 16 oktober 2019 zijn door de Zweedse rechter een paar interessante prejudiciële vragen gesteld aan het Europees Hof van Justitie.[1] Deze vragen komen kort samengevat op het volgende neer: is de rechter deel van het publiek, en zo ja is het inbrengen van een stuk in een procedure een openbaarmaking. Ik zal hierna eerst een korte samenvatting van de zaak geven. Daarna wil ik kort ingaan op het auteursrecht op processtukken naar Nederlands recht.[2]

De casus is als volgt. Er zijn twee particulieren met eigen websites, dit zijn de procespartijen in deze casus. In een zaak tussen een van deze procespartijen en een derde heeft deze procespartij een afdruk van een pagina van de website van de andere procespartij overgelegd aan de rechter als bewijsstuk. De andere procespartij stelt dat hierdoor inbreuk is gemaakt op zijn auteursrecht en vordert daarom schadevergoeding. Deze vordering is door de rechter in eerste aanleg afgewezen, althans er is geen schadevergoeding toegewezen, de rechter die het hoger beroep behandelt heeft de prejudiciële vragen gesteld.

Vraagstuk naar aanleiding van gerestaureerde foto’s

Laatst kreeg ik een vraag uit de praktijk. De vraagsteller exploiteert een commerciële beeldbank. In die beeldbank zitten o.a. foto’s uit een archief met rechtenvrije foto’s. Voordat die foto’s worden aangeboden worden zij – soms – gerestaureerd en bewerkt. Deze vraagsteller heeft vernomen dat men na restauratie of bewerking van een bestaande foto, het auteursrecht verkrijgt over de bewerkte versie en vroeg mij of dat klopt. Dat leek mij een leuk en relevant onderwerp voor een bijdrage.

Ik wil in deze bijdrage eerst kort ingaan op het bewerken van een foto, dan op de auteursrechtelijke bescherming van het bewerkte beeld, daarna zal ik enkele praktische tips geven en tot slot zal ik deze bijdrage samenvatten.

In beginsel mag u een werk niet bewerken, althans niet zonder toestemming van de maker. Doet u dat wel dan maakt u – waarschijnlijk – inbreuk op de auteurs- en persoonlijkheidsrechten van de maker art. 25 lid 1 sub c jo d Aw. Namelijk door het maken van een kopie, het wijzigen van het werk door de bewerking ervan, of omdat mogelijk sprake is van verminking.

Wetsvoorstel over toezicht op collectief beheer auteursrechten

Op 15 oktober 2019 verscheen een bericht op rijksoverheid.nl over het nieuwe wetsvoorstel genaamd: “Wijziging van de Wet toezicht en geschillenbeslechting collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten”.[1] In het bericht staat dat minister Dekker (voor Rechtsbescherming) het toezicht op het collectief beheer van auteursrechten verder wil aanscherpen. In deze bijdrage zal ik eerst een kort bespreken wat collectief beheer inhoudt en vervolgens de wijzigingen uit het wetsvoorstel bespreken.

Van collectief beheer wordt in diverse creatieve sectoren gebruik gemaakt, zoals bijvoorbeeld de film-, boeken-, en de muzieksector. Denk bij collectief beheer bijvoorbeeld aan BumaStemra voor muziek, Videma voor films en Pictoright voor beeldmakers. Dit wetsvoorstel gaat over toezicht op en handhaving bij dergelijke organisaties door het College van Toezicht op Auteurs- en naburige rechten (hierna: het college).

Google is niet van plan om uitgevers te gaan betalen

Op 25 september 2019 verscheen een bericht van Richard Gingras (vicepresident News bij Google) op de blog van Google waarin hij namens Google aangaf dat zij niet van plan is om uitgevers te gaan betalen voor het tonen van content (in met name korte samenvattingen over die content genaamd snippets).[1] Google reageert middels dit bericht op de nieuwe richtlijn over auteursrechten waarover ik reeds enkele bijdragen voor dit magazine heb geschreven.[2] Op grond van artikel 15 van deze richtlijn (in het voorstel voor de richtlijn was dit artikel 11) moet Google in de toekomst een vergoeding gaan betalen aan uitgevers voor het gebruik van snippets.[3]

Overigens hebben de lidstaten van de Europese Unie (waaronder Nederland) nog tot 2021 om deze richtlijn implementeren. In beginsel kan men pas na implementatie (dat wil zeggen dat de richtlijn door de lidstaat wordt opgenomen in de wet) of na het verstrijken van de eerdergenoemde termijn een beroep doen op de rechten die uit de richtlijn volgen.

Art on Paper 2019 + vrijkaarten

Auteursmaatschappij Sofam roept haar aandeelhouders op aangifte te doen van werken.

SOFAM, de beheersmaatschappij van auteursrechten voor visuele kunstenaars in België en Art on Paper zijn verheugd om de SOFAM Prijs Beste Solo Tentoonstelling op Art on Paper 2019 voor te stellen. De laureaat wint 2000 euro en een SOFAM-lidmaatschap en zal op 24 oktober 2019 om 19u in BOZAR  aangekondigd worden.

We mogen 10 x 2 vrijkaarten weggeven voor de vernissage (ook geldig tijdens de beurs) voor Art on Paper, op 24 oktober vanaf 19u in BOZAR, Brussel.
De eerste 10 leden die een email sturen met in de titel het woord CALIPERS winnen de duotickets.
Voor meer informatie over de prijs die we dit jaar op Art on Paper uitreiken, en de tentoonstelling die we er organiseren: lees meer.

Aleksandra Chaushova, Calipers, 2019

Sofam, uitnodiging reprografie 2019

Auteursmaatschappij Sofam roept haar aandeelhouders op aangifte te doen van werken.

Elk jaar keren wij aan onze leden, de collectieve rechten uit: deze rechten zijn afkomstig uit de reprografie, de thuiskopie, kabel- en leenrechten, die wij als beheersmaatschappij collectief voor jullie hebben onderhandeld. Leden dienen elk jaar een aangifte van hun werken te doen: en zo ontvangt elk lid hun juiste deel. Het is met andere woorden van essentieel belang dat u elk jaar uw aangifte doet.

We nodigen u hierbij uit om uw werken die in 2019 (op papier) werden gepubliceerd aan te geven. Alle publicaties die bij SOFAM voor 30 juni 2020 worden aangegeven zullen tijdens het jaar 2020 worden vergoed.

De snelste en meest eenvoudige en snelste manier om uw werken aan te geven is via de website. U gaat naar www.sofam.be , en klikt op "online aangifte", waar u de publicaties kan invullen. Indien er vragen zijn, we zijn steeds bereikbaar voor assistentie. (tel: +32-2 726 98 00).

Herinnering aangifte van uw werken op digitale dragers

Vanaf dit jaar kan SOFAM ook de vergoeding voor de kopie voor privégebruik uitkeren met betrekking tot het gebruik van werken op digitale dragers, waaronder ook internet.

Om de werken te vergoeden die in 2019 op een digitale drager werden gepubliceerd, vragen we u om uw aangifte in te dienen voor 31 januari 2020!

U heeft recht op deze vergoeding voor digitale publicaties, zelfs al stond u uw auteursrechten af in een contract.

Vul voor 31 januari 2019 op dit formulier de publicatie van uw werken op een digitale drager in. Het gaat om een formulier in Excel, we vragen u om dit in te vullen op uw pc en het ons in hetzelfde formaat terug te zenden via e-mail, zo is het registreren van uw werken gemakkelijker.

Duits verbod op perssnippets is in strijd met het Europese recht

Op 12 september 2019 is door het Europese Hof van Justitie een arrest gewezen in een zaak tussen VG Media en Google LLC (hierna Google).[1] In deze bijdrage wil ik middels dit arrest het belang van het Europese recht in ieder (auteursrechtelijk) geschil laten zien. In deze bijdrage zal blijken dat nationaal recht (zoals bijvoorbeeld het Nederlandse recht) ondergeschikt is aan het Europese recht en daarmee niet in strijd mag zijn.[2] Nederland is immers een van de lidstaten van de Europese Unie.

Auteursrechtelijk geschil musical Vape en Grease

Op 13 augustus 2019 verscheen bericht over een auteursrechtelijk geschil tussen de makers van de musical Vape (hierna: Vape) en de rechthebbende op de (klassieke) musical Grease (hierna: Grease).[1] Grease stelt dat Vape inbreuk maakt op haar rechten. Vape stelt dat er geen sprake is van een inbreuk omdat er sprake is van ‘fair use’[2], meer specifiek van een parodie. Daarom leek het mij interessant, hoewel de casus naar buitenlands recht beslist zal worden, om in deze bijdrage (kort) de parodie aan de hand van dit voorbeeld naar Nederlands recht te behandelen.

Wettelijk kader parodie

De parodie-exceptie is een van de beperkingen van het auteursrecht. Dat wil zeggen dat er voor het gebruik van het auteursrechtelijke werk in een parodie geen voorafgaande toestemming is vereist en er dus ook geen sprake is van een inbreuk, ook al lijkt het dat er aan alle voorwaarden voor een inbreuk op het auteursrecht is voldaan. De parodie vindt zijn wettelijke grondslag in art. 18b Auteurswet. Dit artikel luidt als volgt:

Plagiaat door Katy Perry

Op 30 juli 2019 verscheen er bericht dat Katy Perry zich schuldig had gemaakt aan plagiaat. Haar nummer ‘Dark Horse’ lijkt volgens de jury te veel op het nummer ‘Joyful Noise’ van Marcus Tyrone Gray.[1] Men kan zich naar aanleiding van dit bericht afvragen wat plagiaat nu eigenlijk is. In deze bijdrage wil ik daar nader op ingaan.[2] Daarbij zal ik eerst plagiaat bespreken, vervolgens zal ik de zogenaamde ontleningsleer bespreken en tot slot zal ik de verweren van Katy Perry bespreken.

Plagiaat is geen juridische term. Volgens de Van Dale is plagiaat: “het zich toe-eigenen van het geestelijk werk van anderen en het als eigen werk openbaar maken”.

De vraag is dan hoe plagiaat juridisch gekwalificeerd kan worden.

Uitputting afdrukken foto’s

Op 30 juli 2019 wees het gerechtshof Amsterdam arrest in een zaak die ging over uitputting.[1] Uitputting is geregeld in art.12b van de Auteurswet en is een van de beperkingen voor de auteursrechthebbende met betrekking tot zijn exclusieve bevoegdheden. In deze bijdrage wil ik dit arrest behandelen. Ik zal daarbij eerst een korte samenvatting van de (relevante) feiten geven, vervolgens zal ik de rechtsvraag geven en beantwoorden en tot slot zal ik een conclusie trekken en daarbij het belang van dit arrest voor iedere fotograaf bespreken.

Auteursrechtelijk geschil Gigi Hadid

In januari 2019 verscheen er een bericht over een auteursrechtelijk geschil tussen Xclusive-Lee INC. (hierna: Xclusive) En Jelena Noura “Gigi” Hadid (hierna: Gigi Hadid).[1] Gigi Hadid is een internationaal bekend supermodel. De zaak ging over het gebruik door Gigi Hadid – namelijk het posten op Instagram – van een foto van Xclusive – waarop zijzelf stond afgebeeld– zonder toestemming van Xclusive. Gigi Hadid is niet de eerste beroemde persoon die een foto van een ander gebruikt zonder toestemming.[2] De uitkomst van deze zaak lijkt op het eerste oog verbazingwekkend, want de zaak werd door de rechter ‘dismissed’, hetgeen lijkt op een Nederlandse niet-ontvankelijk verklaring.[3] Gigi heeft de zaak dus ‘gewonnen’. In deze bijdrage wil ik de redenen hiervoor bespreken.[4]

De auteursrechthebbende bij een dienstverband

In het Nederlandse auteursrecht is het uitgangspunt dat de maker de auteursrechthebbende is op zijn werk.[1] Op dat uitgangspunt bestaan uitzonderingen. In deze bijdrage wil ik nader ingaan op een belangrijke uitzondering, namelijk de uitzondering bij een dienstverband.[2] Deze uitzondering is opgenomen in art. 7 Aw.

Aangifte van werken uitgezonden op televisie

Auteursmaatschappij Sofam roept haar aandeelhouders op aangifte te doen van werken.

Wij nodigen u dus uit om uw werken die in 2017 of 2018 op televisie werden uitgezonden, aan te geven. Uiteraard dient u de werken die u in het verleden al aangaf niet opnieuw op te geven.
Belangrijk om weten: U heeft recht op een vergoeding voor de kabelrechten, zelfs al stond u in een contract uw uitzendrechten af.
Vul het aangifteformulier in  om het gebruik van uw werken (werken van grafische of plastische kunst, foto’s, audiovisuele werken) op een televisiezender aan te geven. Aangeslotenen bij SOFAM hebben bericht gekregen van deze aangifte.

Wij vestigen uw aandacht op de volgende punten

  • Geef alleen uitzendingen aan die u nog niet eerder hebt aangegeven.
  • Wat audiovisuele werken betreft, dient de auteur die rechten opeist voor een audiovisueel werk te kunnen bewijzen dat hij coauteur is van het werk.

Wij vragen u het aangifteformulier in te vullen voor 30 juni 2019.

Ariana Grande aangeklaagd voor gebruik van ‘haar eigen’ foto

In mei 2019 was Ariana Grande in het nieuws in verband met een auteursrechtelijk geschil.[1] Kort samengevat heeft zij een aantal foto’s van de fotograaf Robert Barbera (die hij van haar op straat had gemaakt), zonder zijn toestemming, op haar Instagram geplaatst. Ariana Grande heeft op Instagram met zo’n 154 miljoen volgers een groot bereik. De desbetreffende foto’s verkregen in totaal 3.392.035 likes.[2]

In deze bijdrage wil ik deze kwestie graag naar Nederlands recht bespreken. Ik ga er hierbij vanuit dat de foto’s auteursrechtelijk beschermd zijn.[3] De foto’s zijn dan intellectueel eigendom van de maker, Robert Barbera. Ex. art. 1 Aw komt hem het exclusieve recht toe om dit werk openbaar te maken en te vermenigvuldigen.

Het plaatsen van de foto’s op Instagram is een openbaarmaking waarvoor Ariana Grande dus toestemming had moeten verkrijgen. Dat heeft zij niet gedaan. Hiermee maakt zij inbreuk op de rechten van Robert Barbera.[4]

Het sterkste bewijs van uw positie als auteursrechthebbende

In mijn eerdere artikel met betrekking tot het vastleggen van auteursrecht heb ik reeds enkele praktische tips gegeven omtrent het bewijzen van de hoedanigheid als auteursrechthebbende.[1] Niet alle opties die ik heb gegeven hebben gelijke bewijskracht. In deze bijdrage wil ik daarom nader ingaan op de opties die de sterkste bewijskracht hebben. Hieraan liggen de wettelijke vermoedens ex. art. 4 lid 1 en 8 Aw ten grondslag.

Het uitgangspunt ten aanzien van bewijs in het burgerlijk recht, dat wil zeggen het recht dat de verhoudingen tussen (rechts)personen regelt, is wie stelt bewijst.[2] Indien u als auteursrechthebbende iemand die inbreuk maakt op uw auteursrechten aanspreekt, zult u ook het bewijs daarvan moeten leveren. Niet alleen het bewijs dat er sprake is van een inbreuk maar ook moet u (kunnen) bewijzen dat u de auteursrechthebbende bent van een bepaald werk, zoals bijvoorbeeld een bepaalde foto.[3]

In de Auteurswet is een rechtsvermoeden opgenomen, namelijk in art. 4. Lid 1 Aw. Dit artikel luidt als volgt:

Foto met mobiele telefoon

Op 15 maart 2019 heeft de rechtbank Amsterdam vonnis gewezen in een interessante zaak.[1] In deze zaak heeft een amateur fotograaf tijdens een uitvoering van de musical ‘The Bodyguard’ een foto gemaakt. Deze foto had de amateurfotograaf gemaakt met een mobiele telefoon. Een van de vragen die aan de orde kwam: is het voor de auteursrechtelijke bescherming relevant of de foto met een mobiele telefoon is gemaakt.

Auteursrecht bij niet openbaar archief

Onlangs sprak ik iemand die onderzoek had gedaan naar haar familiebanden. Zij kwam erachter dat er bij het CBG (Centrum voor familiegeschiedenis) te Den Haag een foto aanwezig was van een voorouder die reeds geruime tijd overleden is en waarvan zij zelf geen foto’s heeft. Deze foto is opgenomen in een niet openbaar archief betreffende oorlogsmisdadigers. Tijdens een bezoek aan het CBG heeft zij de foto kunnen zien. Zij had graag een kopie willen maken omdat dit de enige (bekende) foto is van deze voorouder. De medewerkers van het CBG informeerden haar dat het maken van kopieën niet toegestaan is. Zij vroeg mij wat de juridische grondslag van dit verbod is.

Hoe legt u uw auteursrecht vast?

U heeft een geweldig idee voor een foto, u weet al precies welke lens het beste is en op welk moment van de dag het licht optimaal is voor de foto. Vervolgens maakt u van uw idee een realiteit en vraagt u zich af: hoe kan ik vastleggen dat dit mijn foto is?[1]

Ingrijpende wijzigingen voor de auteursrechthebbende op komst (2)

De Europese richtlijn met de naam: “auteursrechten in de digitale eengemaakte markt” (hierna: richtlijn), ook wel aangeduid als “linktax en uploadfilter”, is na veel discussie aangenomen door het Europees Parlement.[1] Deze richtlijn zal grote invloed hebben op het online gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals o.a. uw foto’s. De meest relevante nieuwe regels uit deze richtlijn zien voornamelijk op het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal door platforms. Denk hierbij bijvoorbeeld aan YouTube, Instagram of Facebook. Ik zal nu allereerst de richtlijn en de betekenis daarvan voor u bespreken, vervolgens zal ik ingaan op de meest controversiële artikelen van het voorstel en tot slot zal ik een samenvatting en een vooruitblik geven. Hierbij zal ik met het oog op de leesbaarheid enkele delen uit mijn eerdere artikel over deze richtlijn herhalen.[2]

Portretrechten tattoo Wesley Snijder

Begin maart 2019 verschenen de eerste berichten en al snel werd er overal over gesproken. Ik doel op het feit dat Yolanthe en Wesley uit elkaar zijn.[1] Men heeft het in die gesprekken vaak over de tattoo – van het hoofd van Yolanthe - die Wesley op zijn zij heeft laten zetten, en hoe vervelend dat wel niet moet zijn voor Wesley. Deze vervelende situatie is juridisch gezien interessant. De tattoo is namelijk een portret.

Ingrijpende wijzigingen voor de auteursrechthebbende op komst

Het Europese richtlijnvoorstel met de naam: “auteursrechten in de digitale eengemaakte markt” (hierna: voorstel), ook wel aangeduid als “linktax en uploadfilter”, is na veel discussie aangenomen door de Europese Raad.[1] Dit voorstel zal grote invloed hebben op het online gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal zoals o.a. uw foto’s. De meest relevante nieuwe regels uit dit voorstel zien voornamelijk op het gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal door platforms. Denk hierbij bijvoorbeeld aan YouTube, Instagram of Facebook. Ik zal nu allereerst het voorstel en de betekenis daarvan voor u bespreken, vervolgens zal ik ingaan op de meest controversiële artikelen van het voorstel en tot slot zal ik een samenvatting en een vooruitblik geven.