Ed van der Elsken

Uit het rijke leven en werk van Stephan Vanfleteren

Een keuze uit
Gepubliceerd: 26 november 2019

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op 'Present', het prachtige oeuvre-overzicht van Stephan Vanfleteren.

De eerste keer dat ik van de fotograaf Stephan Vanfleteren (1969) hoorde, was toen ik zijn boek 'Belgicum' onder ogen kreeg. Ik was overdonderd, zoals ik ooit overdonderd was door het fotoboek 'Sweet Life' van Ed van der Elsken. Ik kreeg sterk het gevoel dat hier een vergelijkbare grootheid op het podium van de fotografie was verschenen.
'Belgicum' kwam uit in 2007. En de boeken die Vanfleteren sindsdien gepubliceerd heeft alsook de bijbehorende exposities, hebben zijn ster alleen maar hoger doen rijzen. Dat wordt ook nog eens met grote overtuigingskracht bevestigd in het FoMu te Antwerpen waar tot en met 1 maart 2020 de overzichtstentoonstelling 'Present' te zien is. Nooit eerder heeft het museum alle ruimte vrij gemaakt voor een tentoonstelling van één fotograaf. En voor Vanfleteren zelf is het ook de eerste grote overzichtstentoonstelling. Ruim 450 foto's worden getoond.

De zich herhalende geschiedenis

Vanuit mijn vakantieverblijf op wielen werk ik heerlijk in de bergen op een zacht pitje aan PhotoNmagazine. Op enkele kilometers afstand van bewoonde-wereld lawaai, terwijl je in het weekend toch vlakbij een jazzfestival kon bezoeken. En van hier kun je het vak ook op afstand bekijken met een wat filosofischer blik dan normaal.

Na decennia fotograferen met spiegelreflexen gaat de wereld opeens weer in de richting van de meetzoekercamera, die nu ineens modisch mirrorless wordt genoemd. Net zoals kleinbeeld ineens full frame heet. Maar 24x36 mm blijft gewoon 24x35 mm, dit is een keihard vaststaand gegeven…

“Ik ben het helemaal zat om als een pakezel met zware camera’s en objectieven rond te zeulen, geef mij maar lichtere apparatuur” zoals een geroutineerd persfotograaf tijdens Professional Imaging tegen mij verzuchtte. Hij is nu dus overgeschakeld op de ‘nieuwe’ apparatuur en aan de kwaliteit van zijn werk is dit niet af te zien. “Ik hoef mijn edele delen toch niet prominent buiten te hangen om mensen ‘professioneel’ te imponeren maar onderscheidt mij toch liever door mijn fotografie dan door technische herrie er omheen.”

Nederlandse fotograaf en jurist doet aangifte tegen Facebook wegens fotocensuur

Reisfotograaf Thijs Heslenfeld heeft aangifte gedaan tegen Facebook wegens het censuurbeleid beleid van dit sociale medium. In de visie van Heslenfeld is het beleid van Facebook ‘discriminerend en een onrechtmatige beperking van de vrijheid van meningsuiting’.

Foto’s van Heslenfeld en collega’s en laatst zelfs de Facebookpagina van het Nederlands Fotomuseum werden met regelmaat verwijderd. Heslenfelds account werd meerdere keren en soms dagenlang geblokkeerd omdat de fotografie in strijd zou zijn met Facebooks “richtlijnen voor naaktbeelden of seksuele handelingen”.

En uiteraard ook werk van Helsenfeld met als onderwerp de Himba-stam, met vrouwen die traditioneel geen bovenkleding dragen, werd door Facebook afgeserveerd.

Unieke fotoboekenserie krijgt boeiend vervolg

Een keuze uit
Gepubliceerd: 28 mei 2019

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op 'Henny -1974-2018 – Ik ben nog niet klaar.' van Michel Szulc-Krzyzanowski.

Na een geslaagde crowdfundingsactie via 'voordekunst' is het fotograaf Michel Szulc-Krzyzanowski (Oosterhout, 1949) gelukt een nieuw deel toe te voegen aan zijn unieke Henny-project. Met dank aan de Bredase vormgever Björn Roetman die als uitgever optrad. Op 10 mei werd het boek 'Henny -1974-2018 – Ik ben nog niet klaar.' gepresenteerd in Breda. Helaas was Henny zelf er niet bij. Om gezondheidsredenen, zo werd gezegd. En wie het boek gelezen heeft, kan zich daar wel iets bij voorstellen.

Hans van Ommeren is niet meer...

Hans van Ommeren was een van de fotografen die van groot belang zijn geweest voor de ontwikkeling van het fotovak. Op 20 december 2018 is hij overleden, op 70-jarige leeftijd. Voor velen een schok en voor velen een gemis. Zijn sporen zullen ongetwijfeld nog lang in de fotografische historie te vinden zijn. Hans was fotograaf in hart en nieren, vandaar dat dit verhaal grotendeels in beeld is geschreven.

Voor Hans van Ommeren gold het adagium “Voor een fotograaf is het verwerven van kennis en inzicht van belang, maar bovenal het durven dromen tijdens het fotograferen”. Hij was een van de motoren achter de Epson Print Academy, verzorgde veel workshops, onder andere op Professional Imaging en gaf ruim een vijfentwintig jaar les aan fotografen op de Volksuniversiteit Woerden. Behalve het fotograferen schepte hij er een behagen in om kennis en ervaring over te dragen aan anderen, zowel bestaande collega’s als aan prille nieuwkomers. In de vestiging Rotterdam van de Nederlandse Fotovakschool zette hij in 2007 een daglichtstudio op en verzorgde de training voor de docenten die daar les zouden geven, zoals op bijgaande foto’s is te zien. Digitaal fotograaf van het eerste uur John Tromp uit Rotterdam fungeerde hier als model...

Het fotovak in

Het fotograferen begint in 1956, op 8-jarige leeftijd. Hij kocht van spaargeld een Ilford Sporti 6x6 en begon met het vastleggen van zijn omgeving. Daar is hij tot zijn dood nooit mee gestopt.

De kraaien van fotograaf Hans Bol

Een keuze uit
Gepubliceerd: 30 oktober 2018

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op een klein fotoboekje, uitgegeven in eigen beheer: 'God's Allies' van Hans Bol.

Het was me weer een plezier om 'Unseen' in Amsterdam te bezoeken, al jaren de grootste Nederlandse beurs voor nieuwe (kunst)fotografie. Eén van de interessantste onderdelen was wat mij betreft ook nu weer de fotoboekenmarkt. Het is een markt waar je boeken treft die je nooit eerder zag, al dan niet in eigen beheer uitgebracht, naast 'gewonere' boeken gepubliceerd door grote en kleine uitgevers. Het is zo'n markt waar de liefhebber makkelijk een paar uurtjes door kan brengen.
Toch heeft de grote hoeveelheid ook een schaduwzijde, voor mij althans. Ik krijg zoveel te zien dat er op zeker moment een soort moeheid optreedt die maakt dat ik mijn interesse begin te verliezen. Soms is het zo erg dat ik zelfs de boeken die ik eerst interessant vond, links laat liggen en uiteindelijk met lege handen de markt verlaat.
Ditmaal was het misschien ook zo gegaan als mijn aandacht niet getrokken werd door een klein boekje met de titel 'God's Allies', in eigen beheer uitgegeven door Hans Bol. De maker stond het zelf aan te prijzen in een stand die door meer kleine uitgevers bemand was.

Over Waffenruhe en de watersnoodramp van 1953

Een keuze uit
Gepubliceerd: 21 februari 2018

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op de heruitgave van Waffenruhe van Michael Schmidt en op De ramp –  De watersnoodramp van 1953 in documentaire fotografie.

Waffenruhe

1987, twee jaar voor de Val van de Muur, verscheen het boek Waffenruhe dat een somber, duister beeld gaf van de stad Berlijn. Enerzijds waren daar de foto's van Michael Schmidt, zwaarmoedige, monumentale foto's in zwart-wit van stadslandschappen, al of niet in de omgeving van de Muur, en van stukjes natuur, heel af en toe onderbroken door portretten van mensen. Anderzijds was daar – een wel heel nadrukkelijke onderbreking van de fotoreeks – een lange tekst van regisseur en schrijver Einar Schleef: een naargeestig en beklemmend verhaal over een al wat oudere man die na zijn scheiding alleen leeft in een leeggehaald huis met als enig gezelschap het konijntje van zijn dochter.

De verliefde camera - Ed van der Elsken

Een keuze uit
Gepubliceerd: 1 maart 2017

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op De verliefde camera - Ed van der Elsken.

In de laatste jaren van zijn leven werkte Ed van der Elsken (1925-1990) aan een boek dat 'zijn beste foto's' moest bevatten. Het boek werd postuum uitgegeven in 1991 onder de titel Once upon a time. De weemoed die de titel wekte, werd nog versterkt door de ontroerende foto op het omslag, waarop we Van der Elskens zoontje Johnny zien die troost lijkt te vinden bij zijn paardje.

De prachtige monografie, in hetzelfde kloeke vierkante formaat uitgevoerd als verschillende andere boeken van Nederlands beroemdste fotograaf, verscheen bij gelegenheid van een retrospectief in het Stedelijk Museum Amsterdam. In datzelfde museum is nu tot en met 21 mei 2017 de tentoonstelling 'Ed van der Elsken – De verliefde camera' te zien die gepresenteerd wordt als 'het grootste overzicht wereldwijd van zijn werk in 25 jaar’. Het gaat om een reizende tentoonstelling die ook Jeu de Paume in Parijs en Fundación MAPFRE in Madrid aan zal doen. Er verscheen een vrijwel gelijknamige catalogus.

Guus de Jong

Voor velen een plaag wanneer het over zijn intellectueel eigendom ging. Voor velen een fantastisch fotograaf. En voor velen een vriend. Een eigengereide doordouwer, anders kan ik het niet zeggen. En vooral een bijzonder mens. Zijn werk bestrijkt de gehele historie van het voetbal en de wielersport, bovendien was hij voor alles een allround fotojournalist die zijn mannetje wist te staan.

Mijn eerste contact met Guus gaat terug tot mei 2006, toen ik belde over foto's voor een interview van Wim Broekman met hem. Hij was toen al de 70 jaar gepasseerd, fotograaf in ruste, levend van hetgeen zijn pensioentje plus de opbrengst van zijn foto's opbrachten. Het groeide uit tot een vriendschap met wekelijkse en soms dagelijkse mails en telefoongesprekken, met spaarzame ontmoetingen.

Guus en ik vertelden elkaar veel, wij hadden het over fotografie, over onze vrienden, over het leven, zelfs over heel intieme dingen. Hij vroeg soms ook om raad en wanneer ik iets uit het fotografisch verleden wilde weten was Guus voor mij een onuitputtelijke vraagbaak. En hij gaf mij af en toe opbouwende kritiek.

Vorige week, ik had al ruim drie 'Guusloze weken' gehad, bereikte mij het bericht van zijn overlijden op zaterdag 24 januari, Guus werd 80 jaar. Het trof als een schok, hij had nog zo veel meer te vertellen. In dit stuk probeer ik vanuit een persoonlijke invalshoek een tip van de sluier op te lichten over het leven van Guus.

Terug naar het NatLab van Ed van der Elsken

Recensie
Gepubliceerd: 1 oktober 2014

In 1989 produceerde Philips het bedrijfsfotoboekje NATLAB van Ed van der Elsken als jubileumgeschenk voor medewerkers en relaties. Vijfentwintig jaar later kan een breder publiek kennis maken met dit weinig bekende onderdeel van Van der Elskens oeuvre.

Museum Boerhaave, het in Leiden gevestigde Rijksmuseum voor de Geschiedenis van de Natuurwetenschappen en van de Geneeskunde, loopt tot en met 4 januari 2015 een tentoonstelling met de titel 'Hit & Run. Ed van der Elsken fotografeert het Philips NatLab'.

Bij gelegenheid daarvan verscheen een gelijknamig fotoboekje. Tot op zekere hoogte zou je het een ingrijpend herziene heruitgave kunnen noemen van NATLAB, het prachtige bedrijfsfotoboekje dat Philips in 1989 cadeau gaf aan medewerkers en relaties toen het Natuurkundig Laboratorium te Eindhoven zijn 75-jarig bestaan vierde.

'Afgelopen 5 jaar fotografeerde Ed van der Elsken met enige regelmaat in het Natuurkundig Laboratorium', zo schreef de toenmalige directie in het voorwoord. 'Niet om precies vast te leggen wat we allemaal doen (....) maar om de mensen te treffen die het allemaal doen'. En inderdaad, ook in deze hightech-omgeving heeft Nederlands beroemdste stad- en straatfotograaf op de eerste plaats oog voor de mens.

De zomer van de zwart-wit fotografie in Amsterdam

Emmy Andriesse in het Van Gogh Museum, Dirk de Herder in de Eduard Planting Gallery en Ed van der Elsken in het Stadsarchief.

Emmy Andriesse fotografeerde de wereld van schilder Vincent van Gogh

In het Van Gogh Museum, waar honderden buitenlandse toeristen zich verdringen voor het werk van de schilder, zijn nu de foto’s te zien die Emmy Andriesse (1914-1953) maakte in de sfeer van Van Goghs schilderijen.
In 1951 werd haar gevraagd de wereld van Van Gogh te fotograferen, zij reisde daarvoor naar Frankrijk, naar Auvers-sur-Oise in de buurt van Parijs waar Van Gogh stierf, en naar het zuiden, naar Arles en Saint-Rémy-de-Provence waar hij werkte.
Emmy Andriesse is een van de belangrijke fotografen van de eerste helft van de twintigste eeuw, zij is bekend van die indringende afbeeldingen uit de Hongerwinter, en vooral van de foto die het symbool van die periode werd: het jongetje met het pannetje. Het is honderd jaar geleden dat zij werd geboren: een mooie gelegenheid voor het Van Gogh Museum nu haar foto’s uit de collectie te tonen.

Geertrui van Herwijnen

Hoe klein kan de wereld zijn, hoe werkt toeval? In het Amsterdamse fotografencafé, waar zo’n 80 vakgenoten en andere betrokkenen het feestje vieren van onze 150e bijeenkomst, beland ik toevallig op de enige vrije kruk. Naast een oude kennis, in druk gesprek met een mij onbekende vrouw. Blijken beiden uit het kunstenaarsdorp Bergen te komen, waar ook ik mijn jeugd heb doorgebracht, zij het een paar jaar eerder. Dáár hebben we elkaar nooit getroffen, het leeftijdverschil was net te groot en ik verliet het dorp op mijn 19e. Haar achternaam klonk direct bekend en maakte me duidelijk dat we op pakweg 200 meter van elkaar hadden gewoond, dat ik op school had gezeten met haar oudere zuster en ik herinnerde me haar ouders. En alle drie, zij het heel verschillend, waren we in de fotografie verzeild geraakt.

Geertrui van Herwijnen groeide op in een grote kunstenaarsfamilie. Vader Jan van Herwijnen (1889-1965) was een markante schilder en tekenaar (stillevens, bloemstukken, houtskool tekeningen van krankzinnigen bijvoorbeeld), die aanleunde tegen de ‘Bergense School’. Als kind op de basisschool bekeek ze al kunstboeken met haar vader, en bedacht ze dat ze ‘iets met fotografie’ wilde, maar het kwam er niet van. Eenmaal volwassen ging ze andere creatieve richtingen uit.

Christian Boltanski

Het werk in de donkere kamer was tot voor kort voor fotografen het lastigste aspect van hun vak. De film ontwikkelen – mag niet misgaan! – waarop alle belangrijke opnamen, dan de lange stroken diapositieve film tegen het licht houden, het juiste beeld selecteren en uiteindelijk de afdrukken maken. Een spannend proces. Voor alle anderen, niet-ingewijden, had de ‘donkere kamer’ – ‘doka’ zoals ze ’m noemden – iets magisch, alleen al door dat geheimzinnige rode licht waarbij je toch alles kon zien. In de doka komen beelden van verre reizen te voorschijn, of het gezicht van iemand die je ooit ontmoette, scherper dan in je herinnering.

Dat is natuurlijk romantisch gemijmer; de digitaal werkende vakfotograaf van nu kan zich niet meer voorstellen dat je niet alles letterlijk zelf in de hand kunt houden. Je hebt nu alleen een fijne platte laptop erbij; de grote belichtingskokers en ontwikkelbakken kunnen naar het museum. Nooit meer nachten doorwerken in de donkere kamer na een zware dag fotograferen; niet meer heen en weer rijden naar het ontwikkellaboratorium, in spanning of de dia’s zijn gelukt.
Hoe het allemaal begon, hoe de eerste foto’s gemaakt werden meer dan honderdtachtig jaar geleden, is nu te zien op een permanente tentoonstelling in het Fotomuseum in Rotterdam.