Huis Marseille

Huis Marseille
Keizersgracht 401
1016 EK Amsterdam NL
+31 20 531 89 89

Naar Noord-Korea met Eddo Hartmann en Carl De Keyzer

Een keuze uit
Gepubliceerd: 20 december 2017

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op twee fotoboeken over Noord-Korea: 'Setting the Stage' van Eddo Hartmann en 'DPR Korea – Grand Tour' van Carl De Keyzer.

Noord-Korea behoort tot de minst toegankelijke landen ter wereld, niet op de laatste plaats voor fotojournalisten en andere professionele fotografen uit het Westen. Toch zijn er in de loop der jaren verschillende serieuze fotoboeken over de communistische heilstaat verschenen. Recentelijk konden er twee interessante titels aan toegevoegd worden: 'Setting the Stage' van Eddo Hartmann (1973) en 'DPR Korea – Grand Tour' van Magnum-fotograaf Carl De Keyzer (1958).

Dat beide fotografen erin geslaagd zijn om toegang te krijgen in het extreem geïsoleerde land en er een bijzonder boek over wisten te maken, is voor een belangrijk deel te danken aan de medewerking van de Koryo Group. Deze Brits-Chinese instelling streeft ernaar het onderlinge contact tussen inwoners van Noord-Korea en de rest van de wereld te bevorderen via toerisme, cultuur, sport en humanitaire projecten.

Fotografie langs de Amsterdamse grachten

Een langzame schemering daalt neer over de stad. De auto’s op de gracht hebben al hun te felle koplampen aan, maar ik fiets nog zonder licht. Het is nog láng geen avond, en als je langs de bomen omhoog kijkt zie je dat het niet eens echt donker is; ook de straatlantaarns branden nog niet. Met mijn kleine cameraatje kan ik zonder probleem en hinderlijke flits een foto maken.
Maar ik fiéts al door een foto, realiseer ik me, hier op de Amsterdamse Prinsengracht, die velen alleen van foto’s kennen. Of van een schilderij. Al die van elkaar verschillende grachtenhuizen, auto’s geparkeerd langs het water, de zachte bogen van een door lampjes verlichte brug. Aan de overkant is een heel stuk gracht leeg en kaal – alle bomen daar zijn verhuisd. Er wordt aan de kaden en het wegdek gewerkt, en als ik de grote graafmachine wegdenk, herken ik de gracht zoals je die op een zeventiende-eeuws schilderij ziet, een lege kade, geen hoge bomen of woonboten, en vooral: geen auto’s.

Dit jaar wordt er veel gevierd in Amsterdam: na tien jaar gaat het Rijksmuseum weer open, het Concertgebouw staat er al honderdvijfentwintig jaar, en vierhonderd jaar geleden werd met de bouw van de grachtengordel begonnen. En ik fiets fluitend langs die grachten, als ik kon fluiten tenminste. Meer dromend eigenlijk, half neuriënd slinger ik om auto’s en toeristen heen, en denk aan vroegere avondwandelingen met mijn grootvader die, stevig voortstappend, de handen op de rug, ons eindeloos verhalen vertelde over al die verschillende soorten gevels, en de geschiedenis van de grachtenhuizen.
Het mooie is dat er nu zo veel panden als museum zijn te bezoeken, en, nog mooier, dat er op de Keizersgracht op loopafstand van elkaar zelfs twee serieuze fotografie-musea in prachtige panden huizen. Soms geniet ik er meer van interieur en grachtentuin dan van het daar geëxposeerde, maar dat is een geheim.