Nederlands Fotomuseum

Nederlands Fotomuseum
gebouw Las Palmas
Wilhelminakade 332
3072 AR Rotterdam NL
+31 10 20 30 40 5

Hans van Ommeren is niet meer...

Hans van Ommeren was een van de fotografen die van groot belang zijn geweest voor de ontwikkeling van het fotovak. Op 20 december 2018 is hij overleden, op 70-jarige leeftijd. Voor velen een schok en voor velen een gemis. Zijn sporen zullen ongetwijfeld nog lang in de fotografische historie te vinden zijn. Hans was fotograaf in hart en nieren, vandaar dat dit verhaal grotendeels in beeld is geschreven.

Voor Hans van Ommeren gold het adagium “Voor een fotograaf is het verwerven van kennis en inzicht van belang, maar bovenal het durven dromen tijdens het fotograferen”. Hij was een van de motoren achter de Epson Print Academy, verzorgde veel workshops, onder andere op Professional Imaging en gaf ruim een vijfentwintig jaar les aan fotografen op de Volksuniversiteit Woerden. Behalve het fotograferen schepte hij er een behagen in om kennis en ervaring over te dragen aan anderen, zowel bestaande collega’s als aan prille nieuwkomers. In de vestiging Rotterdam van de Nederlandse Fotovakschool zette hij in 2007 een daglichtstudio op en verzorgde de training voor de docenten die daar les zouden geven, zoals op bijgaande foto’s is te zien. Digitaal fotograaf van het eerste uur John Tromp uit Rotterdam fungeerde hier als model...

Het fotovak in

Het fotograferen begint in 1956, op 8-jarige leeftijd. Hij kocht van spaargeld een Ilford Sporti 6x6 en begon met het vastleggen van zijn omgeving. Daar is hij tot zijn dood nooit mee gestopt.

De kraaien van fotograaf Hans Bol

Een keuze uit
Gepubliceerd: 30 oktober 2018

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op een klein fotoboekje, uitgegeven in eigen beheer: 'God's Allies' van Hans Bol.

Het was me weer een plezier om 'Unseen' in Amsterdam te bezoeken, al jaren de grootste Nederlandse beurs voor nieuwe (kunst)fotografie. Eén van de interessantste onderdelen was wat mij betreft ook nu weer de fotoboekenmarkt. Het is een markt waar je boeken treft die je nooit eerder zag, al dan niet in eigen beheer uitgebracht, naast 'gewonere' boeken gepubliceerd door grote en kleine uitgevers. Het is zo'n markt waar de liefhebber makkelijk een paar uurtjes door kan brengen.
Toch heeft de grote hoeveelheid ook een schaduwzijde, voor mij althans. Ik krijg zoveel te zien dat er op zeker moment een soort moeheid optreedt die maakt dat ik mijn interesse begin te verliezen. Soms is het zo erg dat ik zelfs de boeken die ik eerst interessant vond, links laat liggen en uiteindelijk met lege handen de markt verlaat.
Ditmaal was het misschien ook zo gegaan als mijn aandacht niet getrokken werd door een klein boekje met de titel 'God's Allies', in eigen beheer uitgegeven door Hans Bol. De maker stond het zelf aan te prijzen in een stand die door meer kleine uitgevers bemand was.

Noortje Haegens

Het is even zoeken, daar aan de Teteringsedijk in Breda. Het opgegeven adres blijkt te vinden op een bedrijventerrein, waar ook Jeugdcircus Woenzini en twee christengemeentes huizen, waaronder een voor Chinezen. Achterin doemt een complex op met diverse ateliers. Noortje Haegens deelt er een ruimte met haar collega Lisa Sore. De eerste maakt video- en fotowerken, de ander schildert. In beider werk speelt de eigen persoon een hoofdrol, maar er is een wereld van verschil tussen de twee.

Noortje Haegens werd in 1985 geboren in Steensel, een van de Acht Zaligheden in Zuid-Oost Brabant. "Een mooie omgeving die heel belangrijk is geweest voor wat ik nu maak", zegt ze. "Tijdens de academie ben ik veel gaan wandelen in de natuur." Ze volgde de afdeling Communicatie en Vormgeving op St. Lucas te Boxtel alvorens in 2007 te beginnen aan de Bredase kunstacademie St. Joost. "Ik was ook aangenomen voor Rietveld in Amsterdam maar St. Joost ligt daar aan de rand van Breda zo mooi en in zo'n mooi gebouw. Als je kijkt naar mijn werk, is dat geen gekke keus."

Christian Boltanski

Het werk in de donkere kamer was tot voor kort voor fotografen het lastigste aspect van hun vak. De film ontwikkelen – mag niet misgaan! – waarop alle belangrijke opnamen, dan de lange stroken diapositieve film tegen het licht houden, het juiste beeld selecteren en uiteindelijk de afdrukken maken. Een spannend proces. Voor alle anderen, niet-ingewijden, had de ‘donkere kamer’ – ‘doka’ zoals ze ’m noemden – iets magisch, alleen al door dat geheimzinnige rode licht waarbij je toch alles kon zien. In de doka komen beelden van verre reizen te voorschijn, of het gezicht van iemand die je ooit ontmoette, scherper dan in je herinnering.

Dat is natuurlijk romantisch gemijmer; de digitaal werkende vakfotograaf van nu kan zich niet meer voorstellen dat je niet alles letterlijk zelf in de hand kunt houden. Je hebt nu alleen een fijne platte laptop erbij; de grote belichtingskokers en ontwikkelbakken kunnen naar het museum. Nooit meer nachten doorwerken in de donkere kamer na een zware dag fotograferen; niet meer heen en weer rijden naar het ontwikkellaboratorium, in spanning of de dia’s zijn gelukt.
Hoe het allemaal begon, hoe de eerste foto’s gemaakt werden meer dan honderdtachtig jaar geleden, is nu te zien op een permanente tentoonstelling in het Fotomuseum in Rotterdam.