Rijksmuseum

Rijksmuseum
Museumstraat 1
1071 XX Amsterdam NL
+31 20 6747 000

Teekenschool
Hobbemastraat 25 (t.o. het Zuiderbad)
1071 XZ Amsterdam NL
+31 20 6747 000

Enerzijds Erwin Olaf, anderzijds opkomst van de amateurfotografie

Een keuze uit
Gepubliceerd: 31 maart 2019

In deze maandelijks terugkerende rubriek geven we een selectie van min of meer recent verschenen fotoboeken die we graag onder de aandacht brengen. Steeds wordt minstens één van de vermelde titels nader belicht. Deze keer viel de keuze op enerzijds 'I am' van Erwin Olaf, anderzijds 'Everyone a Photographer' van Mattie Boom.

In 2012 verscheen 'OWN', een prachtig uitgevoerd overzicht van het werk van Erwin Olaf. Zeven jaar later kwam onlangs 'I am' uit, ook een fraai overzichtswerk, maar minder kolossaal. Niet een beetje dubbelop? Absoluut niet. Zeker, de boeken overlappen elkaar voor een deel maar het oeuvre van de buitengewoon productieve fotograaf is de afgelopen jaren aanzienlijk uitgebreid. En alleen al vanwege dat recente werk, niet in zijn studio gemaakt maar onder meer in Berlijn, Shanghai en Palm Springs (VS), is de nieuwe publicatie interessant.

De opzet is ook totaal anders. Niet vreemd, want 'I am' begeleidt ook twee tentoonstellingen in het Gemeentemuseum Den Haag en het Fotomuseum Den Haag; (beide tot en met 12 mei). Daar komt bij dat het Rijksmuseum – dat vorig jaar de 'kerncollectie' overhandigd kreeg van de fotograaf – komende zomer een aantal iconische werken van Olaf presenteert 'waarbij de schilderkunst van onder andere Rembrandt, Vermeer en Breitner als inspiratie diende'. Dit alles naar aanleiding van Olafs 60ste verjaardag.

Plagiaat in het Rijksmuseum te Amsterdam

In België ziet men de halfopen bebouwing zeer veel. In Nederland noemt men dat halfvrijstaand. De Vlaamse fotograaf Herman van den Boom heeft in 2011 het project 'Neighbours' gerealiseerd waarvoor hij 'duowoningen' fotografeerde. Twee 'aan elkaar geplakte huizen' die zeer verschillend zijn van architectuur, de een klassiek, de andere modern.

Hans van der Meer fotografeerde voor een tentoonstelling in het Rijksmuseum, die in november 2014 opent, ook drie van deze 'duowoningen'. De tentoonstelling is een weerslag van Document Nederland, een jaarlijks terugkerende opdracht van het Rijksmuseum.

Hierop reageerde Van den Boom als door een wesp gestoken en beschuldigde Van der Meer van plagiaat. Hij eist een schadevergoeding en wil dat het Rijksmuseum de foto's niet tentoonstelt. Voor het gemak wijst hij op zijn Facebookpagina ook naar het Mondriaanfonds en Vrij Nederland.

Hans van der Meer zegt hier onder andere over:

Fotografie langs de Amsterdamse grachten

Een langzame schemering daalt neer over de stad. De auto’s op de gracht hebben al hun te felle koplampen aan, maar ik fiets nog zonder licht. Het is nog láng geen avond, en als je langs de bomen omhoog kijkt zie je dat het niet eens echt donker is; ook de straatlantaarns branden nog niet. Met mijn kleine cameraatje kan ik zonder probleem en hinderlijke flits een foto maken.
Maar ik fiéts al door een foto, realiseer ik me, hier op de Amsterdamse Prinsengracht, die velen alleen van foto’s kennen. Of van een schilderij. Al die van elkaar verschillende grachtenhuizen, auto’s geparkeerd langs het water, de zachte bogen van een door lampjes verlichte brug. Aan de overkant is een heel stuk gracht leeg en kaal – alle bomen daar zijn verhuisd. Er wordt aan de kaden en het wegdek gewerkt, en als ik de grote graafmachine wegdenk, herken ik de gracht zoals je die op een zeventiende-eeuws schilderij ziet, een lege kade, geen hoge bomen of woonboten, en vooral: geen auto’s.

Dit jaar wordt er veel gevierd in Amsterdam: na tien jaar gaat het Rijksmuseum weer open, het Concertgebouw staat er al honderdvijfentwintig jaar, en vierhonderd jaar geleden werd met de bouw van de grachtengordel begonnen. En ik fiets fluitend langs die grachten, als ik kon fluiten tenminste. Meer dromend eigenlijk, half neuriënd slinger ik om auto’s en toeristen heen, en denk aan vroegere avondwandelingen met mijn grootvader die, stevig voortstappend, de handen op de rug, ons eindeloos verhalen vertelde over al die verschillende soorten gevels, en de geschiedenis van de grachtenhuizen.
Het mooie is dat er nu zo veel panden als museum zijn te bezoeken, en, nog mooier, dat er op de Keizersgracht op loopafstand van elkaar zelfs twee serieuze fotografie-musea in prachtige panden huizen. Soms geniet ik er meer van interieur en grachtentuin dan van het daar geëxposeerde, maar dat is een geheim.